Hoe weet een wolf waar te lopen tijdens de jacht? Een chimpanzee een noot te kraken? Of meer onder ons: een hond wanneer het tijd is om te gaan wandelen? Een kat dat haar blikje natvoer in aantocht is?
De vaardigheden van dieren worden begrensd door wat hun lichamen toelaten: een hond leer je niet snel fietsen, een mens niet snel kwispelen.
Maar ook hebben we deze dingen geleerd van en met anderen. In het geval van huisdieren zijn die ‘anderen’ soms mensen, en je mag hopen dat de mens inmiddels ook wat bijleert van andere dieren. Al deze dieren nemen deel aan leerculturen: leren in georganiseerd verband.
Leerculturen hebben dus een duidelijke functie: ze helpen nieuwkomers en oudgedienden aan bestaande vaardigheden om het leven door te komen. De basisvoorwaarde voor leercultuur is contact met andere dieren.
Ook de mens is het belang van leerculturen inmiddels opgevallen. Meer in het bijzonder is in juli 2024 https://mijnleercultuur.nl/ gelanceerd: deel van een landelijke campagne om leercultuur op de kaart te zetten, als wapen tegen de vergrijzing, arbeidsmarktkrapte en technologische verandering.
Maar wat is een leercultuur precies? Als we leercultuur willen stimuleren, is dit een cruciale vraag. Waar gaan we anders gezamenlijk aan werken?
Op de nieuwe website vinden we een definitie:
Een leercultuur is essentieel voor het succes van zowel werknemers als bedrijven in een snel veranderende arbeidsmarkt. Het betekent dat continu leren en ontwikkelen vanzelfsprekend zijn, en dat dit helemaal is verweven in het dagelijks werk. Met een sterke leercultuur kan je bedrijf flexibel inspelen op veranderingen, groeit het innovatievermogen en het werk gaat vaak efficiënter.
In deze definitie leren we waar een leercultuur goed voor is, en dat ze valt of staat met verwevenheid van vanzelfsprekende opvattingen en werk. We worden hier dus wel iets wijzer: leercultuur heeft een bepaald effect, en beantwoordt aan een bepaalde verwevenheid en vanzelfsprekendheid. Met dat laatste is het nog wel steeds de vraag waar we dan precies aan moeten denken (we nemen aan dat niet elk bedrijf een weefgetouw bij de voordeur heeft staan om ‘verwevenheid’ te produceren).
Aan de Hanze proberen we de vraag wat leercultuur is wat systematischer te behandelen. Het zou kunnen dat in een leercultuur leren en ontwikkelen vanzelfsprekend moeten zijn. Maar wat houden ‘leren’ en ‘ontwikkelen’ dan precies in? Waarin bestaat, of waaruit blijkt deze ‘vanzelfsprekendheid’? En hoe ziet verwevenheid er in de praktijk uit?
Deze vragen komen in de cultuurwetenschappen uitgebreid aan de orde. Ook historicus Rik Peters zet deze ‘zijnsvraag’ centraal in zijn nieuwe boek over Learning Histories. In dit boek formuleert Peters een overtuigend antwoord op de vraag wat leerculturen eigenlijk zijn. Aansluitend op deze analyse presenteert hij een methode om leerculturen te stimuleren: de leergeschiedenis.
Met de leergeschiedenis kan het levende geheugen, en daarmee ook de mogelijke toekomst, van organisaties inzichtelijk gemaakt worden.
Aan de Hanze komen we vanuit de vraag ‘wat is leercultuur’ (niet toevallig) ook bij de leergeschiedenis uit, en willen we gaan kijken hoe we deze methode hanteerbaar kunnen maken voor ondernemers en mkb.